Eerste wedstrijden, spanning, plezier en tranen aan de zijlijn

Eerste wedstrijden, spanning, plezier en tranen aan de zijlijn

Het sportseizoen is begonnen. Voor veel kinderen betekent dat de allereerste wedstrijd. Nieuwe regels, andere verwachtingen en veel publiek. Het is een moment vol spanning, plezier en soms tranen.

Voor de wedstrijd
De eerste minuten voor een wedstrijd kunnen veel onrust geven bij kinderen. Sommige kinderen lopen rondjes omdat ze hun energie kwijt moeten, anderen trekken zich juist terug en zeggen weinig. Spanning is een teken dat iets belangrijk is. Een eenvoudig ritueel kan helpen, zoals samen drie dingen bedenken waar je kind naar uitkijkt. Of een korte oefening met de adem, vier tellen rustig in en vier tellen uit. Sommige kinderen vinden het fijn om een zin in gedachten te herhalen, bijvoorbeeld ik ga mijn best doen of we moeten plezier hebben, het gaat niet om winnen.

Tijdens de wedstrijd
Kinderen kijken vaak naar de gezichten langs de lijn. Een ouder die rustig lacht of een duim opsteekt geeft vertrouwen. Soms is een knikje genoeg. Denk aan het verschil tussen roepen “je moet scoren” of glimlachen en fluisteren “lekker bezig, ik zie je sprint”. Ook helpt het wanneer ouders en coaches elkaar niet tegenspreken. 

Na de wedstrijd
Emoties lopen na afloop uiteen. Een kind dat gescoord heeft kan glimmen van trots, terwijl een ander baalt van een gemiste kans en tranen in de ogen heeft. Gebruik een korte terugblik: hoe voelde je je voor de wedstrijd, wat gebeurde er tijdens het spel en hoe is het nu. Met de Mood Wall of de stemmingsmagneten kun je dit visueel maken. Soms zegt een kind “ik was boos toen ik de bal verloor, maar blij toen mijn teamgenoot mij een high five gaf”. Zulke momenten maken duidelijk dat meerdere gevoelens tegelijk mogen bestaan.

Omgaan met winnen en verliezen
Winnen is fijn, maar het is minstens zo waardevol om kleine successen te vieren. Dat kan een geslaagde pass zijn, de moed om een bal af te pakken of het plezier om samen te juichen. Verliezen hoort erbij en voelt soms pijnlijk. Je kunt dit normaliseren door te zeggen “ik zie dat je verdrietig bent, dat laat zien dat het je veel uitmaakt”. Een rustig moment na afloop helpt om spanning los te laten. Denk aan samen naar huis fietsen, een warme douche of iets lekkers eten.

Wat als je kind echt niet durft
Niet elk kind stapt meteen vol vertrouwen het veld op. Kleine stappen kunnen helpen. Eerst alleen het tenue aantrekken, daarna even aan de zijlijn kijken of één oefening meedoen tijdens de warming up. Geef aandacht aan elke stap vooruit, hoe klein ook. Vergelijk niet met anderen maar met hoe het gisteren of vorige week ging. Zo groeit vertrouwen langzaam en op eigen tempo.

Terug naar artikelen